Uit de letters: P, R, I, J, S, V, E, R, H, O, G, E, N, D  kunt u de onderstaande woorden leggen:

14 letterwoorden:

prijsverhogend[28]

11 letterwoorden:

vriesdrogen[20]

10 letterwoorden:

onderhevig[20], vingerhoed[20], herovering[20], overrijden[19], vergrijpen[19], prijsgeven[19], grondprijs[18], overreding[18], onversierd[17], springveer[17], viersprong[17], herroeping[16], driesprong[15]

9 letterwoorden:

verhoring[19], verrijden[18], vroegrijp[18], grondheer[17], rijgsnoer[17], verdrogen[17], vordering[17], snoeverij[17], groenheid[16], ingevoerd[16], poverheid[16], opdrijven[16], proeverij[16], overigens[16], snoeverig[16], hieronder[15], dorpsheer[15], invoerder[15], verspreid[15], opsnijder[14], grensdorp[14], diergroep[13], snoeperij[13], reisgroep[13], provenier[13], diepgroen[12], eindgroep[12], snoeperig[12]

8 letterwoorden:

vrijheer[19], jongheid[17], hijsogen[17], verhogen[17], vergrijp[17], versheid[17], drogerij[16], hoererij[16], grondijs[16], sjorring[16], verdijen[16], overheid[16], hierover[16], verhoren[16], visgrond[16], gehorend[15], heigrond[15], ijsregen[15], grijpers[15], grievend[15], verenigd[15], vergoden[15], hovenier[15], veerring[15], verering[15], overrijp[15], geveinsd[15], verreisd[15], herderin[14], ophijsen[14], norsheid[14], dreigers[14], verhopen[14], opvrijen[14], diervoer[14], verdorie[14], vorderen[14], diversen[14], donsveer[14], drogeren[13], designer[13], reisgoed[13], dosering[13], ergernis[13], ereprijs[13], perserij[13], renprijs[13], overeind[13], verderop[13], provider[13], herdopen[12], oprijden[12], gespierd[12], penserij[12], rondreis[12], sperring[12], springer[12], pendrive[12], verdopen[12], openheid[11], poederig[11], soeperig[11], eisprong[11], poenerig[10], spreiden[10], periodes[10], sproeier[10], perioden[9], opsieren[9], sproeien[9]

7 letterwoorden:

jongvee[15], verheid[15], drijven[15], ergheid[14], gordijn[14], segrijn[14], sjorder[14], gevierd[14], derving[14], ijveren[14], gevoerd[14], droevig[14], engheid[13], gedijen[13], negerij[13], jongere[13], negorij[13], rederij[13], grijper[13], snijder[13], sjorren[13], voeding[13], grieven[13], vigeren[13], overige[13], gepijnd[12], herdoen[12], joderen[12], grijpen[12], rijgpen[12], heidens[12], eindjes[12], ijseend[12], hindoes[12], onvrede[12], verdoen[12], dreigen[11], driegen[11], gedrein[11], nederig[11], goeierd[11], nodiger[11], gireren[11], griener[11], groeier[11], roering[11], sjirpen[11], snorder[11], opgeven[11], opvegen[11], groeien[10], rendier[10], eronder[10], roderen[10], roerend[10], porring[10], spoedig[10], snoepje[10], deernis[10], doseren[10], esdoren[10], gesnerp[10], persing[10], ingreep[9], groepen[9], roeping[9], gepeins[9], snoepig[9], snoeier[9], reprise[9], sperren[9], priores[9], eierdop[8], periode[8], roerpen[8], spieden[8], episode[8], spoeden[8], spondee[8], spieren[8], spreien[8], poseren[8], snoeper[8], deponie[7], ondiepe[7], roeipen[7], opeisen[7]