10 letterwoorden:
destructie[22], discuteren[21], discounter[21], introducee[20], producente[19], duinstreek[19], steenkruid[19], trukendoos[19], duinstrook[19], inspecteur[19], uitstekend[19], topdruktes[19], denkproces[18], ecotoerist[18], spindoctor[17], coopertest[17], speenkruid[17], doopsuiker[17], doseerunit[17], uitspreken[17], doorsteken[16], koordienst[16], tekortdoen[16], disputeren[16], druipsteen[16], depositeur[16], prostituee[16], sporttenue[16], endoscopie[15], portkosten[15], uitpoetsen[15], stierenkop[14], optiekoers[14], pronostiek[14], spooktrein[14], stedentrip[14], opdienster[13]
9 letterwoorden:
decorstuk[22], rocksound[21], duoticket[21], truckstop[21], druktoets[19], stockeren[18], productie[18], producent[18], redekunst[18], steendruk[18], onderstuk[18], noordkust[18], rustteken[18], stouterik[18], pedicuren[17], couperose[17], uroscopie[17], uitdenker[17], duiktoren[17], ontduiker[17], kruidnoot[17], steenkoud[17], duiksport[17], topdrukte[17], uitsteken[17], uitkotsen[17], eindscore[16], cortisone[16], kopstudie[16], studiekop[16], duisteren[16], uitdorsen[16], tournedos[16], suikerpot[16], uittreden[16], stuiteren[16], urinetest[16], toerusten[16], toesturen[16], doorsteek[15], ontkroesd[15], protectie[15], eindtekst[15], ontsteker[15], uitspoken[15], eindspurt[15], sputteren[15], oesterput[15], postroute[15], noodkreet[14], tekendoos[14], denksport[14], drinkpost[14], doorspekt[14], kniestoot[14], pittoresk[14], pektoorts[14], toporkest[14], piktoorts[14], deurspion[14], prudentie[14], uitpersen[14], pirouette[14], tuinpoort[14], opstuiten[14], spookdier[13], denkspoor[13], kindertop[13], denkpiste[13], poetsdoek[13], steenrood[13], kersenpit[13], pokersite[13], resetknop[13], knoopster[13], eindtoets[13], stopteken[13], sotternie[13], torpedist[13], uitroepen[13], opkoteren[12], preektoon[12], oosteinde[12], president[12], postronde[12], dienstpet[12], posttrein[12], stoptrein[12], rodopsine[11], pornosite[11], toproeien[10]
8 letterwoorden:
discreet[16], doctores[16], dicteren[15], ecotrend[15], doctrine[15], disconto[15], cisterne[15], cortison[15], seincode[14], postcode[14], dekstier[14], denkster[14], stinkerd[14], dokteres[14], dokteren[13], donkerte[13], snotdoek[13], eierstok[13], koetsier[13], kerosine[12], kniesoor[12], sprekend[12], kiestoon[12], dienster[12], resident[12], onderste[12], knipster[12], pinkster[12], koperets[12], opsteker[12], prediken[11], opdirken[11], onderkop[11], eierdoos[11], doorsnee[11], nekspier[11], okersoep[11], petekind[11], dooreten[11], kopsteen[11], opsteken[11], spoetnik[11], opstoken[11], oosteren[11], strooien[11], spoedrit[11], opdoeken[10], spreiden[10], periodes[10], prosodie[10], knoeipot[10], optreden[10], driepoot[10], potdorie[10], eindstop[10], deposito[10], sprieten[10], posteren[10], proesten[10], perioden[9], opsieren[9], sproeien[9], ondiepte[9], entropie[9], oproeien[8]