Uit de letters: W, E, D, E, R, O, P, R, I, C, H, T, I, N, G  kunt u de onderstaande woorden leggen:

15 letterwoorden:

wederoprichting[31]

12 letterwoorden:

ondergewicht[28], dichtgroeien[24]

11 letterwoorden:

creditering[21], wintergriep[19], torpedering[16]

10 letterwoorden:

onderwicht[24], grondrecht[23], regendicht[22], onderricht[21], oprichting[20], winterhoed[20], wintergoed[19], herontwerp[19], roerigheid[18], recognitie[18], directoire[18], herroeping[16], groeitrend[16], drietonige[15], interregio[15], regiotrein[15]

9 letterwoorden:

windrecht[23], nichterig[20], ongericht[20], inrichter[19], oprichter[18], grondheer[17], oprichten[17], groenwier[17], groenheid[16], dopingwet[16], hieronder[15], predictie[15], onderwerp[15], ontwerper[15], dirigeren[14], dreinerig[14], dirigente[14], redingote[14], diergroep[13], prenterig[13], diepgroen[12], eindgroep[12]

8 letterwoorden:

gewricht[23], gewrocht[23], wrochten[21], gedrocht[20], dichting[19], richting[19], orchidee[17], pocherig[17], trichine[17], coherent[17], grondwet[17], codering[16], pretecho[16], winderig[16], geworden[16], onderweg[16], weigrond[16], wetering[16], genocide[15], gehorend[15], heigrond[15], pocheren[15], cognitie[15], directie[15], dicteren[15], indirect[15], ecotrend[15], doctrine[15], hertogin[15], dweperig[15], windroer[15], enigheid[14], piercing[14], herderin[14], conditie[14], dertiger[14], receptor[14], reinheid[13], drogeren[13], dirigent[13], roeterig[13], inwerper[13], herdopen[12], reiniger[12], opticien[12], torderen[12], openheid[11], poederig[11], preiring[11], pieterig[11], ongerept[11], pretogen[11], gierpont[11], poeierig[10], poenerig[10], peignoir[10], opgieten[10], dioptrie[10], optreden[10], porteren[10], perioden[9], ondiepte[9], entropie[9]

7 letterwoorden:

gedicht[18], gerecht[18], gericht[18], richtig[18], gentech[17], dichter[17], dochter[17], cheider[16], dichten[16], ochtend[16], ondicht[16], rechten[16], richten[16], trochee[16], onrecht[16], cheerio[15], pitcher[15], oprecht[15], rechtop[15], ergheid[14], pincher[14], pitchen[14], directe[14], cordiet[14], engheid[13], coderen[13], doceren[13], docente[13], citeren[13], citerne[13], coterie[13], rotheid[13], citroen[13], herdoen[12], piercer[12], netheid[12], tergend[12], heenrit[12], hiertoe[12], theorie[12], rotding[12], percent[12], pincode[11], dreigen[11], driegen[11], gedrein[11], nederig[11], goeierd[11], nodiger[11], piercen[11], gireren[11], griener[11], groeier[11], roering[11], pectine[11], integer[11], intrige[11], etgroen[11], groente[11], groeten[11], gierton[11], negrito[11], groeien[10], origine[10], rendier[10], eronder[10], roderen[10], roerend[10], porring[10], negotie[10], hoepnet[10], dertien[10], intrede[10], dioriet[10], doteren[10], egotrip[10], dieping[9], ingreep[9], groepen[9], roeping[9], doeniet[9], tegenop[9], inertie[9], optrede[9], eierdop[8], periode[8], roerpen[8], priorin[8], pienter[8], deponie[7], ondiepe[7], roeipen[7], pionier[7]